Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [30]Zebulon zal aan de haven der [31]zeeen wonen, en hij zal aan de haven der schepen wezen; en zijn zijde zal zijn naar [32]Sidon. 30. Dat is, hij zal zijn woning aan den zeekant hebben. Zie de vervulling hier van Joz.19:10,11, enz. 31. Anders, meren. 32. Zie van deze stad boven, hfdst.10 vs.19.